Atex betekent Atmosphères Explosibles en wordt gebruikt om aan te duiden er explosiegevaar heerst onder atmosferische omstandigheden. Bedrijven waarvan de werknemers werken in explosiegevaarlijke omgevingen dienen maatregelen te nemen zodat hun veiligheid niet in gevaar komt bij het uitvoeren van hun werkzaamheden.
Er zijn verschillende ATEX-richtlijnen uitgevaardigd door de Europese Unie. Zo is er bijvoorbeeld de Atex 114-richtlijn die gemaakt is voor apparatuur die gebruikt wordt op explosiegevoelige plaatsen. Bedrijven waar explosiegevaar aanwezig is moeten voldoen aan de Atex 153-richtlijn.
Atex zonering
Vooraleer we kunnen bepalen aan welke criteria producten kunnen voldoen, moet eerst het gebied waarin explosiegevaar heerst bepaald worden.
Volgens de Atex richtlijn 153 moeten bedrijven:
- Atex zones instellen volgens risico op explosie
- Aangeven binnen de explosiegevaarlijke omgevingen wat de hoeveelheid en de locatie van de explosieve stoffen zijn
- De installaties binnen de explosiegevaarlijke omgeving moeten op een correcte manier worden gebouwd, onderhouden en gecontroleerd.
- Bedrijven in deze sectoren moeten hun werknemers de nodige opleidingen geven en certificeren zodat zij hun werkzaamheden op een veilige manier kunnen uitvoeren in de explosiegevaarlijke omgeving.
De aanduiding van een explosiegevoelig gebied gebeurt met dit teken:
De Atex richtlijn 114 bepaalt waaraan apparaten en producten moeten beantwoorden teneinde deze te kunnen gebruiken in explosiegevoelige gebieden. De producten die hieraan voldoen worden aangeduid met een CE markering:
De atex zones worden ingedeeld in verschillende zones, afhankelijk van de graad van de explosiegevoeligheid. Dit wordt bepaald na een risico-onderzoek. De producten die mogen gebruikt worden ingedeeld per categorie zodat bepaald wordt welk apparaat aan welke vereisten moet voldoen per zone.
Er wordt een onderscheid gemaakt tussen:
- Zones met gas- en damp explosiegevaar: worden aangeduid met zone 0, 1 of 2.
- Zones met stofexplosiegevaar: aangeduid met zones 20, 21 en 22
|
Zone |
Type explosie gevaar |
Frequentie |
|
Zone 0 |
Gas explosie gevaar |
> 10% van de bedrijfsduur |
|
Zone 1 |
Gas explosie gevaar |
tussen 0,1% en 10% van de bedrijfsduur |
|
Zone 2 |
Gas explosie gevaar |
< 0,1% van de bedrijfsduur |
|
Zone 20 |
Stof explosie gevaar |
> 10% van de bedrijfsduur |
|
Zone 21 |
Stof explosie gevaar |
tussen 0,1% en 10% van de bedrijfsduur |
|
Zone 22 |
Stof explosie gevaar |
< 0,1% van de bedrijfsduur |
Bron: www.atexcertificaat.nl
We onderscheiden we 3 soorten verlichtingsarmaturen:
- Explosievrije LED TL armaturen
- Draagbare Atex armaturen
- Explosievrije LED stralers
Explosievrije LED TL armaturen worden gebruikt als lijnverlichting en vervangen de vroegere TL-lampen. Ze zijn zuinig in gebruik en zijn vaak perfect om te gebruiken in de gas zones 1 + 2 en de zones met stof explosiegevaar 2 + 22.
De draagbare Atex armaturen zijn handig in gebruik omdat ze heel compact zijn en ook oplaadbaar zijn. Ze zijn eveneens vaak geschikt voor gas zones 1 + 2 en de zones met stof explosiegevaar 2 + 22.
Explosievrije LED stralers zijn te vergelijken met LED stralers met een zeer hoge lichtintensiteit. Ze zijn geschikt voor gas zones 2 en stofzones 22.
Ieder Atex product moet voorzien zijn van het Ex teken zoniet is het niet conform de Atex-wetgeving.
